Ik ben vertrokken om rust te vinden.
Maar rust krijg je niet als iemand alles in het werk stelt om je stil te krijgen.
Nog voor ik vertrok, was ik al aan het vechten.
Voor het gebruik van de camper — waar ik recht op heb.
Voor afspraken die we hadden gemaakt. Voor duidelijkheid.
Voor eerlijkheid.
Wat ik kreeg, was het tegenovergestelde.
Sluwe vertragingen. Tactische stiltes.
En dan, op het moment dat ik zei: “Ik vertrek hoe dan ook” —
plots versneld: documenten, beslissingen, overleg waar ik niets van wist.
Ze heeft mijn ontslag als zaakvoerder gepubliceerd — op eigen houtje.
Zogezegd volgens afspraak, maar ik heb die afspraak nooit ondertekend.
Wat zij weet: juridisch kan ik dat perfect aanvechten.
Wat zij ook weet: dat dit weer maanden kost. En dat is precies haar strategie.
Ze zegt dat ze in haar recht staat.
En ondertussen rijdt ze met de camper — míjn rechtmatige vervoermiddel —
richting het zuiden. Richting hem.
Niet om te reizen, maar om te raken.
Elke handeling berekend. Elk gebaar bedoeld om pijn te doen.
En toch…
ik geef niet toe.
Ik vecht.
Niet uit wrok.
Niet om gelijk te halen.
Maar omdat recht recht is.
En omdat ik mijn waardigheid niet laat afnemen.
Ik zit hier in het zuiden.
Zonder camper.
Zonder middelen.
In een omgebouwde bus, met wat ik kon meenemen.
Financieel word ik buitenspel gezet.
Administratief word ik weggezet.
Zelfs mijn kinderen worden tussenin gesleurd.
Maar ik sta recht.
Want wie alles verliest, heeft niets meer te verliezen.
En dat maakt mij vrij.
Niet gebroken, maar wakker.
Ik weet dat ik steun zou kunnen vragen.
Dat er mensen zijn die me willen helpen.
Maar ik ben ook trots.
En zolang ik nog sta, doe ik dit op mijn manier.
Niet omdat ik het moet.
Maar omdat ik niet anders kán.
Ik zal blijven vechten.
Voor wat klopt.
Voor wat eerlijk is.
Voor wat echt is.
Zij probeert te vernietigen.
Ik probeer recht te houden.
En daar zit het verschil.
Want ik vecht niet om te winnen.
Ik vecht om mezelf niet te verliezen.
Psychologische reflectie:
• Rechtvaardigheidsgevoel en morele woede
Wanneer iemand opzettelijk handelt tegen jouw fundamentele rechten, kan er een diepe morele verontwaardiging ontstaan. Deze ‘woede’ is geen zwakte, maar een signaal van integriteit.
• Gaslighting en machtsspel
Sluwe vertragingen, eenzijdige beslissingen en manipulatie van anderen (advocaten, kinderen, context) zijn kenmerken van psychologisch ondermijnende machtsspelletjes. Ze verwarren. Ze isoleren. Ze proberen je grip te ontnemen.
• De kracht van niet-toegeven
Wie systematisch onder druk gezet wordt om te zwijgen of te slikken, en tóch blijft staan, ontwikkelt een innerlijke ruggengraat. Niet als pantser, maar als besef: hier stopt het.
• Trotse autonomie en grenzen aan hulp
Hulp durven aanvaarden is moed. Maar hulp weigeren kan evengoed een bewuste keuze zijn: om eerst alles te proberen op eigen kracht. Zolang dit niet voortkomt uit schaamte, maar uit zelfrespect, is dit een vorm van autonomie.
• Leiderschap in eigen leven
Ook al wordt je functie afgepakt of je titel genegeerd — wie trouw blijft aan zijn eigen waarden, blijft leider van zijn leven. Dat is innerlijk leiderschap.
Spirituele reflectie:
• In het boeddhisme
Rechtvaardigheid is niet hetzelfde als wraak. Maar het erkennen van lijden en onrecht is wel de eerste stap naar bevrijding. Mededogen begint bij waarheid.
• In het christendom
“Draai de andere wang toe” betekent niet dat je je laat vertrappen. Het betekent: vecht zonder haat. Weersta zonder te vernederen. Houd vast aan liefde, ook wanneer anderen dat niet doen.
• In het soefisme
De leeuw is niet heilig omdat hij aanvalt, maar omdat hij waakt. Wie zijn waardigheid beschermt zonder zijn hart te sluiten, leeft in waarheid.
• In het taoïsme
Vertrouwen is geen passiviteit. Het is handelen met zachtheid én richting. Wie niet wil bezitten of domineren, wordt onaantastbaar.
“De leeuw vecht niet om te overwinnen. Hij vecht om zijn rust terug te verdienen.”